Eerste exemplaar!
Toespraakje
Overhandiging aan Mira Sys
Verkoop tijdens de conferentie
De initiatiefnemers (vlnr): Luuk Sengers, Evert de Vos en Rick van Dijk
Beste collega’s, lieve vrienden,
Hier is-ie dan: anderhalve kilo aan kennis. Het eerste handboek van de VVOJ! Hiervoor moeten we het bestuur en Rick van Dijk bedanken! En de sponsors: het Fonds BJP en het fonds Pascal Decroos. Maar in het bijzonder natuurlijk alle co-auteurs die werkelijk schitterende bijdrages hebben geschreven. En de uitgevers van Bertram+de Leeuw die er een prachtig product van hebben gemaakt
“Leuk hoor zo’n boek”, zei onlangs iemand tegen mij. “Maar welk probleem heb je hiermee nu eigenlijk opgelost?” Laat me die vraag heel kort beantwoorden aan de hand van de tien woorden die het meeste voorkomen in het boek. Je ziet ze hier achter mij, met hun frequenties.
Hoe bereiken we een groeiende groep burgers én politici die de feiten niet willen horen, niet accepteren of domweg niet belangrijk vinden?
Verhaal. Het boek gaat op de eerste plaats over verhalen vertellen. Hoe doe je dat? Een van de grootste uitdagingen voor onderzoeksjournalisten in deze tijd, is het om nog gehóórd te worden. Om verhalen te maken die opvallen in het enorme nieuwsaanbod, ontkenners alle wind uit de zeilen nemen, aanvallen moeiteloos afslaan en ontsnappen onmogelijk maken. Verhalen die overtuigen. Verhalen met impact*.*
Hoe bereiken we een groeiende groep burgers én politici die de feiten niet willen horen, niet accepteren of domweg niet belangrijk vinden? Te vaak zijn we roependen in een woestijn. We tonen als kinderen trots wat we hebben opgegraven, maar zien niet dat de volwassenen om ons heen zijn afgeleid.
Feiten spreken voor zichzelf, hebben wij lang gedacht. Maar dat is niet zo. De feiten hebben een stem nodig. Een stem die hen verdedigt. Journalisten hebben hierin een essentiële taak, om de feiten op te sporen én uit te leggen: waar ze vandaan komen, wat ze betekenen, hoe ze verband houden met elkaar, wat ze voor ons kunnen doen en welke prijs ze zullen eisen als we hun bestaan ontkennen. Aristoteles zei al dat feiten op zichzelf onvoldoende zijn om toehoorders te overtuigen. Daar is méér voor nodig dan een beroep op de rede (logos). Je moet je publiek ook laten meeleven (pathos) en zelf het goede voorbeeld geven (ethos). Dit boek gaat daarom niet alleen over het verzamelen van feiten, maar ook over het analyseren ervan.
Feiten spreken voor zichzelf, hebben wij lang gedacht. Maar dat is niet zo. De feiten hebben een stem nodig.
Bronnen zijn belangrijk voor ons, maar laten we niet vergeten dat we zélf óók een bron zijn: een bron van kennis en ervaring. Daarmee kunnen we de feiten duiden en een plek geven die ze verdienen.Dit boek laat voorbeelden zien van hoe je op een verantwoorde manier conclusies kunt trekken uit je onderzoeken. Hoe je de feiten een stem kan geven. Vragen over objectiviteit en neutraliteit hebben we proberen te beantwoorden vanuit de rijke traditie van ons vak. En ik kan alvast verklappen: de antwoorden zijn verfrissend. Gooi af dat juk, zoals veel voorgangers van ons in de afgelopen 150 jaar hebben gedaan! Richt je energie op problemen in onze wereld die er écht toe doen en laat zien hoe jouw verhaal kan helpen om de situatie te verbeteren!
Woorden zijn magisch. En het woord ‘magisch’ is afgeleid van ‘macht’.
Gebruik dit boek als een gereedschapskist. Een toolbox voor acute klussen. Maar wees niet verbaasd om tussen de vertrouwde voorbeelden, stappenplannen en checklisten, die je in élk handboek kan tegenkomen, ook een tekening aan te treffen voor een kleine verbouwing. Nieuw is namelijk de nadruk die we leggen op instrumenten die de geloofwaardigheid vergroten: zoals transparantie en verantwoording, ethisch en methodologisch handelen, retorica en kwaliteitscontrole.
Er is een effectieve manier om anderen te overtuigen. Namelijk met woorden. Woorden zijn magisch. En het woord ‘magisch’ is afgeleid van ‘macht’. Van de taalkundige en activist Noam Chomsky is de uitspraak: “Het is belangrijk om te leren verrast te zijn over simpele feiten.”
Moge dit boek jullie de macht geven om te verrassen.
Beste collega’s,
Tot mijn grote teleurstelling kan ik vandaag niet in jullie midden zijn. In dit jubileumjaar van de VVOJ, en met de presentatie van een fantastisch boek over onderzoeksjournalistiek, had ik maar wat graag met jullie van gedachten gewisseld. Maar uitgerekend vandaag moet én wil ik een begrafenis voorrang geven.
[Het handboek] is een fantastisch boek, een ongelofelijk goed lesboek en een bron van inspiratie
Ik zei het al: het ‘Handboek voor onderzoeksjournalisten. Van vermoeden tot verhaal’ dat vandaag ten doop wordt gehouden, is een fantastisch boek, een ongelofelijk goed lesboek en een bron van inspiratie. Heel veel onderzoeksjournalisten uit alle delen van de wereld, en niet in de laatste plaats Luuk Sengers als onder meer redacteur voor de Nederlandse uitgave, hebben er hun kennis in gebundeld. Het boek neemt je mee vanaf het eerste moment dat je een maatschappelijke misstand - of positieve ontwikkeling - signaleert, via vermoedens van oorzaken en gevolgen naar schetsen van een verhaal en hoe je die schets omzet in een gedegen onderzoek en een bijpassend eindproduct.
Het is echt een indrukwekkende ‘bijbel voor de onderzoeksjournalistiek’.
Het is echt een indrukwekkende ‘bijbel voor de onderzoeksjournalistiek’. Dat de VVOJ me heeft gevraagd om het eerste exemplaar in ontvangst te nemen, vervult me dan ook met grote dankbaarheid, en, laat ik maar eerlijk zijn, ook een beetje trots. Dat ik twintig jaar geleden een steentje hebben mogen bijdragen aan het tot stand komen van een vereniging voor onderzoeksjournalisten was toen al jaren lang een grote wens van me. Dat die vereniging twintig jaar later er zó goed voorstaat en ons allen telkens weer weet te inspireren om ons werk nog beter te doen, dat had ik niet durven dromen. Het is een enorm compliment waard voor de velen die zich daar in deze twee decennia voor hebben ingezet!
Dit gezegd hebbende veroorloof ik me nu toch, Luuk, om een kleine aanvulling op het boek te geven: vertrouw op je eigen gezond verstand. Als journalist heb je vrijwel zonder uitzondering een behoorlijk goede opleiding achter de rug, met middelbare school, hbo of nog meer. Dat is je gelukt omdat je een goed stel hersens hebt. Als een ander jou iets uitlegt, en jij begrijpt die uitleg niet, dan wil die ander daar graag vergoelijkend van zeggen dat je niet de enige bent en dat het ook echt een moeilijke materie is. Trap daar niet in. Een onbegrijpelijke uitleg is vaak het product van een onwillige boodschapper. Twijfel aan die boodschapper, niet aan je eigen gezond verstand.
Een onbegrijpelijke uitleg is vaak het product van een onwillige boodschapper. Twijfel aan die boodschapper, niet aan je eigen gezond verstand.
Onderzoeksjournalistiek is iets van de lange adem, daar weten jullie alles van. Zelf ben ik dertig jaar geleden begonnen aan een onderzoek dat nog altijd niet is afgerond… Mocht je ooit denken: ‘Waar doe ik het eigenlijk allemaal voor?’ dan heb ik tot slot nog een kleine anekdote als aanmoediging.
Voordat de serie ‘Rampvlucht’, over onder meer mijn onderzoek naar de Bijlmerramp, op tv verscheen, was er eerst een officiële première bij het Nederlands Film Festival. Een van de hoofdrolspeelsters had als gasten drie buurtwerkers uit Amsterdam-West meegenomen. Na het zien van de eerste twee delen van de serie, toonden ze zich onder de indruk en zeiden: “Wij hebben journalisten altijd als lastige, onbetrouwbare figuren gezien die je een uur lang interviewen en dan vijf verkeerde woorden van je citeren. Maar nu weten we dat er ook journalisten zijn die echt zijn begaan met het lot van stadswijken en hun bewoners.”
“Wij hebben journalisten altijd als lastige, onbetrouwbare figuren gezien […]. Maar nu weten we dat er ook journalisten zijn die echt zijn begaan met het lot van stadswijken en hun bewoners.”
Het was het mooiste compliment dat ik, en met mij Volkskrant-collega Pierre Heijboer postuum, hebben kunnen krijgen. Naast de resultaten die we met ons werk inhoudelijk hebben bereikt, hebben we ook een beetje kunnen bijdragen aan het herstel van vertrouwen in de journalistiek.
Ik wens jullie nog vele inspirerende jaren en heel veel complimenten toe**.**