Eerste alinea op pagina 129 is vervangen door:

DOCUMENTEN

De weg naar geheimen, of naar een verborgen betekenis, loopt via openbare documenten. Veel “geheimen” die onderzoeksjournalisten onthullen, betreffen gewoon openbare informatie die hun collega’s echter niet hebben gezocht of gevonden. Het is niet overdreven om te stellen dat 90% van de journalisten slechts 10% van de beschikbare openbare bronnen gebruikt. Het vinden van documenten kost immers tijd en soms ook enige deskundigheid. Maar voor wie zich ertoe zet, is de beloning groot.

Open bronnen plaatsen je in een positie van relatieve macht, vergeleken met de gebruikelijke situatie waarin je iemand moet smeken om een geheim te verklappen. Het is iets heel anders om iemand te vragen een verhaal te bevestigen. Het is het verschil tussen vragen “Wat is er gebeurd?” en vragen “Dit is wat er is gebeurd, nietwaar?”. Als je moet vragen wat er is gebeurd (tenzij je dat opzettelijk doet om iemand op een leugen te betrappen), geef je eigenlijk een signaal dat je gemakkelijk voorgelogen kan worden.

Dat is precies wat bronnen op hoog niveau doen met hun “vrienden” in de pers: als het ze zo uitkomt, geven ze verkeerde informatie in de veronderstelling dat de journalist hun woorden niet zal verifiëren. Het hoort bij het werk van leidinggevenden om te liegen als de reputatie of aansprakelijkheid van hun organisaties op het spel staat; dat maakt hen niet per se slechte mensen, maar het betekent wél dat ze niet te vertrouwen zijn zonder beter bewijs dan een uitspraak.

Openbare documenten zijn een manier om hun verklaringen te controleren. Zij veranderen de dynamiek van de relatie. Als je tijdens een interview details kan specificeren die niet door je bron zijn aangereikt, laat je merken dat je blijkbaar ook toegang hebt tot andere bronnen. In zo’n situatie zal de geïnterviewde zich realiseren dat liegen het gevaar met zich meebrengt dat hij of zij wordt ontmaskerd.

Het is ook veel interessanter voor een bron om te praten met een journalist die op zijn minst een deel van het verhaal begrijpt voordat het gesprek begint. Zo’n journalist kan de waarde van informatie inschatten en er dieper op ingaan dan iemand die geen onafhankelijke kennis heeft. Je kunt ook kennis uitwisselen, maar wees voorzichtig: het is één ding om een bron op de hoogte te brengen van een openbaar document, en iets anders om vertrouwelijke informatie te delen (wat je over het algemeen beter kunt vermijden).

Hoofdrolspelers in elk verhaal, en vooral de slachtoffers, willen begrepen worden en willen dat hun ervaring verteld wordt door een waardige getuige — iemand die er om geeft het verhaal goed en waarheidsgetrouw te vertellen. Als je vanaf het begin aan bronnen laat zien dat je onafhankelijke inspanningen doet om hun zaak te begrijpen en toegang hebt tot relevante informatie, zullen ze eerder geneigd zijn je te vertrouwen en hun beste informatie voor jou te reserveren.

Bij het voorbeeld van Zembla op pagina 152 hoort een belangrijke update:

In 2024 werd BNNVARA door het gerechtshof in Den Haag in hoger beroep op alle punten in het gelijk gesteld. De aanpak van de Zembla-journalisten was dus rechtmatig.