Hoofdstukken

  1. Onderzoeksjournalistiek 21
  2. Onderwerpen 41
  3. Het idee 53
  4. De hypothese 65
  5. De tijdlijn 89
  6. De bronnenkaart 107
  7. Bijzondere bronnen 129
  8. Masterfile 163
  9. Open overheid 181
  10. Datajournalistiek 289
  11. Online research 213
  12. Follow the money 229
  13. Onderzoekend interviewen
  14. Communiceren 329
  15. Samenwerken 337
  16. Fondsen en beurzen 361
  17. Veiligheid 373
  18. Ethiek 397
  19. Het verhaal 415
  20. Kwaliteitscontrole 451
  21. Juridische valkuilen 473
  22. Impact 483

Fragmenten

Methode

“Het kerninzicht van Story-Based Inquiry is dat het onderzoeken en het schrijven één samenhangend proces kunnen vormen. De hele workflow, van idee tot verhaal, kan worden gestroomlijnd met een paar technieken die elkaar opvolgen en aanvullen.” Pagina 16

Vaardigheden

“Onderzoeksjournalisten onderscheiden zich niet door één of twee vaardigheden van ‘gewone’ journalisten, of van wetenschappers, advocaten, activisten en opsporingsambtenaren (die immers ook onderzoek doen naar feiten), maar door een combinatie van vakkundigheden. […] Elke competentie op zichzelf is niet bijzonder en ook terug te vinden bij andere beroepsgroepen, maar de mix leidt tot een waarlijk uniek beroep.” Pagina 21

Definitie

“Een onderzoeksjournalist brengt laakbare handelingen aan het licht. Hij of zij onderzoekt op eigen initiatief en methodisch wat het probleem is, hoe het is ontstaan en eventueel hoe het kan worden opgelost en presenteert de resultaten in een waarheidsgetrouw en boeiend verhaal.” Pagina 38

Objectiviteit

“Een […] ethische houding, die dateert van vóór de objectiviteit en die nog springlevend is, ziet de journalist echter als een belangrijk lid van een brede coalitie van maatschappelijke krachten die geloven in de mogelijkheid van een betere wereld voor iedereen. Deze collega’s werken actief samen met maatschappelijke organisaties, niet-gouvernementele organisaties (ngo’s), eerlijke ambtenaren, ethische ondernemingen en andere progressieve groeperingen om misstanden aan het licht te brengen en bij te dragen aan hervormingsprocessen. Zij streven naar objectiviteit door een zo groot mogelijke zorgvuldigheid en transparantie, niet door onpartijdigheid.” Pagina 32

Creativiteit

“Een onderzoeksjournalistiek idee is een oorspronkelijke vraag of observatie, die leidt naar nieuwe of onbekende feiten en inzichten.” Pagina 54

Haalbaarheid en relevantie

“[…] goed om vooraf na te gaan: is het onderzoek relevant en haalbaar? Deborah Nelson, een door ons zeer bewonderde collega aan de University of Maryland, heeft hiervoor een handige matrix ontwikkeld, die wij de Nelson Matrix noemen en die voor het eerst werd gepubliceerd in de IRE Journal.” Pagina 72

Return on investment

“Nu je op het punt staat tijd, geld en emoties te investeren in een project, is het goed om stil te staan bij wat je er allemaal voor terug wilt krijgen. Met andere woorden: wat is je return on investment (ROI)? Wat wil je nog méér met dit onderzoek bereiken dan alleen een mooi verhaal?” Pagina 77

Oplossingen

“Een reden om verhalen met een concrete oplossing te laten eindigen – als dat mogelijk is –, is om de lezers te motiveren. Stort je alleen maar problemen over hen uit, dan raken ze depressief (als ze het verhaal al helemaal uitlezen!) en depressieve mensen komen niet in actie. Psychologen zeggen dat mensen eerder gemotiveerd zijn om een probleem aan te pakken (of een oplossing te eisen) als ze zien dat er daadwerkelijk een uitweg is. Bovendien: als er oplossingen bestaan, is het dan niet gewoon onze taak om ook op dát deel van de werkelijkheid te wijzen?” Pagina 93.

Bronnen

“Onderzoeksjournalisten gebruiken doorgaans meer soorten bronnen dan nieuwsverslaggevers. Ze gebruiken bovendien vaak bronnen die niet eerder openbaar zijn gemaakt of die moeilijk benaderbaar zijn.” Pagina 129

Wederhoor

“Een ontkenning is iets anders dan een ontkrachting. Neem geen genoegen met een ontkenning. Verleid je doelwit om op de concrete beschuldigende feiten in te gaan. Kan hij/zij deze weerleggen of ontkrachten met andere feiten? Dring aan, want dit is je laatste en beste kans om te controleren of je het wel echt bij het rechte eind hebt. Een ontkenning alléén geeft geen uitsluitsel. Erger: die zaait juist twijfel. Dat is misschien precies wat je doelwit beoogt. Maar de lezer heeft recht op helderheid. Als je doelwit niet op de feiten wil ingaan, zeg dát dan tegen je lezers. Vertel hun dat het doelwit weliswaar ontkent, maar weigert om op de concrete feiten in te gaan. Daarmee leg je de bal weer bij de beschuldigde.” Pagina 155

Diversiteit

“Natuurlijk: je zoekt de beste bronnen voor je verhaal. Maar welke bron ‘de beste’ is, wordt niet alleen door rationele maar mogelijk ook door onbewuste afwegingen bepaald: je beschouwt bronnen namelijk eerder als geloofwaardig als ze op jou lijken.” Pagina 160

Masterfile

“De masterfile bevat voldoende materiaal om het verhaal te kunnen schrijven. Het materiaal is bovendien geordend volgens de tijdlijn en allemaal voorzien van een bronverwijzing. Gebruik de masterfile om […] te delen met collega’s, chefs en eindredacteuren. Op sommige Amerikaanse redacties wordt de masterfile een story file genoemd: een dagelijkse rapportage over de vorderingen aan het verhaal.” Pagina 173

Samenwerking

“‘Als je met verschillende mensen in een team werkt, zul je ook met verschillende culturen werken. Dat is al snel zo met een cross-border-onderzoek (zie verderop in dit hoofdstuk), maar verschillen zitten ook in werkwijzen, taalgebruik, interpretatie en houding binnen de Nederlandse of Belgische grenzen. Op een redactie kan een bepaalde werkcultuur heersen, die misschien voor een freelancer uit hetzelfde onderzoeksteam helemaal niet vanzelfsprekend of bekend is. Elkaar begrijpen en vertrouwen is cruciaal voor een goede samenwerking.” Pagina 337

Projectcoördinator

“Als het een groot team betreft, of een complex onderzoek, is een projectcoordinator aan te raden: als iedereen druk is met het onderzoek of met de publicatie, heb je iemand nodig die het overzicht kan bewaren. […] Een gangbaardere term is overigens projectmanager, maar dit leidt binnen de journalistiek – hebben we gemerkt – soms tot onnodige aversie. Op een redactie is een manager een leidinggevende, maar binnen een project is dit een primus inter pares die in zijn of haar eentje géén beslissingen kan nemen over het project.’’ Pagina 345

Veiligheid

“Veiligheidsdeskundigen van het OCCRP die de Pegasus-software onder de loep hebben genomen, ontdekten dat de spionagesoftware niet goed reageert op het regelmatig aan/uitschakelen van je telefoon. Alle apps, dus ook die om stiekem te spioneren, worden opnieuw geïnitialiseerd als je je telefoon opnieuw opstart. Elke ochtend je telefoon even helemaal uitzetten en weer opstarten, werpt blijkbaar een blokkade op tegen spionagesoftware. Hetzelfde kun je doen met je laptop. Het lijkt te simpel om waar te zijn, maar is als counter-surveillance bijzonder effectief.” Pagina 389

Respect

“Is respect een vreemde eend in de journalistiek-ethische bijt? Niet als je kijkt naar de oudste journalistieke code, die van de Amerikaanse Society for Professional Journalists uit 1926. Minimize harm, zegt deze code al bijna honderd jaar. Beperk de schade die je publicatie toebrengt tot een minimum. Het is een chique manier om te zeggen dat je niet altijd alles wat je weet of hebt, hoeft te publiceren om grondig en effectief te zijn.” Pagina 410

Overtuigen

“Eigenlijk lijkt wat wij onderzoeksjournalisten doen meer op overtuigen dan op vertellen. We schrijven niet zomaar een verhaal, maar een betoog. We zien het niet enkel als onze taak om lezers met de neus op de feiten te drukken, zoals nieuwsjournalisten doen, maar wij voorzien de feiten ook van gewicht. Wij geven behalve informatie ook een oordeel.” Pagina 419

Narratieve journalistiek

“De werkelijkheid is dat ‘narratieve journalistiek’ – het label dat we liever gebruiken in plaats van dat verwarrende ‘verhalende journalistiek’ en het nog ernstiger besmette ‘storytelling’ – zich nét zo gebonden weet aan heilige journalistieke beginselen als ‘onafhankelijkheid’ en ‘verifieerbaarheid’ van feiten, en daarmee dus nét zo toegewijd is aan de waarheid.” Pagina 443

Kwaliteitscontrole

“Gezien de belangen die op het spel staan, is de inspanning meer dan gerechtvaardigd. De totale tijd die ermee gemoeid is – een paar vergaderingen van een uur en een factcheckingsessie van maximaal een dag – mag geen kleine nieuwsredactie, onderzoeksjournalist of freelancer ontmoedigen.” Pagina 455

Impact

Onderzoeksjournalisten ‘na Watergate’ waren gaan geloven dat ze alleen maar het heilige vuur van de verontwaardiging hoefden aan te steken om uiteindelijk een president weg te krijgen: journalism of outrage. Maar Protess en zijn team verstoorden die droom op verschillende manieren. [...] Bovenal toonden Protess en collega’s aan dat in gevallen waarin journalistiek onderzoek tot materiële hervormingen leidde, verslaggevers de impact van hun werk veiligstelden door coalities te vormen met groepen uit het maatschappelijk middenveld en sympathiserende autoriteiten. Deze bondgenoten zetten het werk voort na de eerste onthullingen en vertaalden het in institutionele hervormingen. Pagina 484